Van Jan Cunen mag je af en toe een schilderij mee naar huis nemen

Museum Jan Cunen in Oss ondergaat een metamorfose. Directeur Herman Tibosch stelt de rijke stadsgeschiedenis op een eigenzinnige manier ten toon. Hij probeert ook de Ossenaren binnen te halen die het museum nog niet wisten te vinden. Met gedurfde initiatieven. Af en toe mag je van Jan Cunen zelfs een schilderij een paar dagen mee naar huis nemen. “We zien nu al effect. Er is veel nieuwsgierigheid naar ons in de stad.”

tekst en foto’s Henk van Weert

Lokale geschiedenis exposeren? De gedachten gaan dan snel uit naar een Heimat Museum met lage vitrines volgestouwd met lokale vondsten, met ellenlange lappen tekst erbij die je toch niet leest. Museum Jan Cunen pakt het anders aan. De geschiedenis van Oss slingert zich letterlijk door het museum heen onder de verzamelnaam Villa Curiossa (met Oss in de spelling). Allerlei voorwerpen, weinig tekst.

Een schaalmodel van Villa Constance vormt het hart van de Villa Curiossa.

Blikvanger is een maquette van de Villa Constance, de oorspronkelijke naam van de fraaie negentiende-eeuwse fabrikantenvilla waarin het museum gevestigd is. Op elke etage is wel iets te zien over de fabrikanten Unox, Zwanenberg, Organon en Bergoss, over de opgravingen en over bekende Ossenaren, de SP die hier ontstond. Je stuit er ook op de schaduwkanten van Oss, het geweld, de Bende van Oss.

Fotomontage over de gewelddadige kanten van de geschiedenis.

De aanpak is meer speels dan museaal. Zo staat ergens een bakeliet-telefoon. Als je de hoorn oppakt, krijg je een keuzemenu van Osse slechteriken. Grappig. Directeur Herman Tibosch (Valkenswaard 1972): “Het is een langgekoesterde wens om al die elementen van de Osse geschiedenis ergens structureel bij elkaar te brengen. Zoiets was er niet. We wilden er iets spannends van maken. Villa Curiossa is letterlijk het hart van het museum geworden. Bij binnenkomst stuit je er al op. Als je door het pand loopt, beweegt de geschiedenis zich met je mee.”

Op een bakeliet-telefoon kun je Osse slechteriken horen

Oss heeft een heleboel te vertellen. “Veel mensen weten niet dat Oss de archeologische schatkamer van Nederland is, bijvoorbeeld. Nergens zijn over zo’n groot gebied opgravingen gedaan als hier. Meer bekend zijn de fabrikanten, de boterbazen voorop. Hier ontstond de eerste margarinefabriek ter wereld. De vleesindustrie, met Unox, Zwanenberg. Het kamerbreed tapijt van Bergoss. Er zijn hier belangrijke initiatieven genomen. Organon ontdekte dat uit de alvleesklier van een varken insuline te halen was. En natuurlijk is er het verhaal van de pil. Maar Oss had ook een andere kant. De criminaliteit, de Bende van Oss. De geschiedenis is hier zó breed, daar moesten we iets mee doen in het museum.”

Elementen uit de geschiedenis van Oss hangen in het trappenhuis.

Band

Tibosch trad vlak voor corona aan. Hij werkte zestien jaar bij het Kröller-Müller Museum. Hij wil een betere band tussen publiek en museum. “Het museum was losgeraakt van de stad. Veel Ossenaren kwamen nooit. We hebben in de stad samenwerkingsverbanden opgezocht en we hebben initiatieven genomen. Kunst op de WC was een voorbeeld. We hebben de stad gevraagd om kunst te maken voor op de WC. Duizend mensen deden dat en we hebben tweehonderd voorwerpen in het museum tentoongesteld. Zo kregen we iets terug uit de stad. Een belangrijke impuls.”

Herman Tibosch: “Krachtig verhaal bieden aan bezoekers.”

Een opmerkelijk initiatief was ‘Jan Cunen blijft slapen’. “We hebben een aantal kunstwerken uit onze collectie uitgeleend aan mensen in Oss. We brachten ze bij hen thuis en we installeerden ze. Schilderijen gingen zo een weekendje logeren. Voorwaarde was dat ze op de tweede dag hun deur openden en gasten ontvingen die het kunstwerk ook konden bekijken. Zo ontstond een kunstroute in de stad. Natuurlijk vergde dat enig overleg met de verzekering, maar er zijn geen vervelende dingen gebeurd. Integendeel. Werken kwamen terecht bij mensen die nog nooit in een museum waren geweest. Nadat ze er mee thuis kwamen, hebben ze er een uur naar zitten kijken, vertelden ze. De reacties waren zo goed, dat we besloten hebben om het in april te herhalen. Niet aarzelen, doen.”

Unox en de tomaat van de SP samen aan een muur.

Bio-Art

Museum Jan Cunen haakt toekomstige, tijdelijke tentoonstellingen aan op elementen uit de geschiedenis van Oss. Een goed voorbeeld wordt de expositie ‘Leven en laten leven, hoe Bio-Art de toekomst kleurt’ die op 29 januari 2023 begint. Er is werk te zien van kunstenaars die een verbintenis aangaan met de bio-technologie. Een van de exposanten is de Eindhovense Jalila Essaïdi die onder meer kogelwerende mensenhuid maakte.

Tibosch: “Zo leggen we een rechtstreeks lijntje met Organon dat honderd jaar bestaat. Zoals Organon verraste met insuline en later de anticonceptiepil, zo komen nu kunstenaars ook met opmerkelijke ideeën. Een van de deelneemsters is de Engelse kunstenares Charlotte Jarvis met haar creatie van vrouwelijk sperma. Door zulke ontwikkelingen met elkaar te verbinden kun je bezoekers een krachtig verhaal bieden.”

Ook aan mensen uit Oss, die vroeger niet zo snel de voordeur vonden. “We willen het museum van de stad zijn. Verleden en heden aanbieden. En we zien al effecten. Er is veel nieuwsgierigheid naar ons in de stad. Onlangs hadden we op een zondag 172 bezoekers, een absoluut record. Vind ik mooi.”

www.museumjancunen.nl

Lees ook op Brabant Cultureel
Museum Jan Cunen laat zien hoe Panamarenko andere kunstenaars inspireert
Met een sprong komt talent bovendrijven in Museum Jan Cunen
Herman Tibosch nieuwe directeur Museum Jan Cunen in Oss
Wat is naakt, wat is bloot? Museum Jan Cunen stelt de vraag via kunstwerken

© Brabant Cultureel 2023

Reacties (2)

  1. Bernard van der Heijden schreef:

    Leuk initiatief. Ik ben oud-Ossenaar (1950) en werd onlangs op de tentoonstelling van Panamarenko met leuke onderdelen van de Osse geconfronteerd. Goed bezig.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *