Fascinerend en divers werk van vaak onbekende fotografen op BredaPhoto

BredaPhoto, het grootste fotofestival van de Benelux, is begonnen aan zijn negende editie. Ditmaal met als thema ‘the best of times, the worst of times’. Op zes locaties zijn tentoonstellingen te zien. Van ‘China Imagined’ in de Grote Kerk tot ‘Power to the Models’ in Stedelijk Museum Breda. De zevende locatie viel af onder druk van sponsors en anonieme tegenstanders.

door Joep Eijkens

Tal van kerken zijn de afgelopen decennia gesloten of dreigen binnen afzienbare tijd hun deuren dicht te moeten doen. Gelukkig krijgt menig kerkgebouw een nieuwe bestemming en zo wordt ook de Grote Kerk van Breda al geruime tijd voor diverse doeleinden gebruikt. Momenteel is daar de tentoonstelling China Imagined te zien, het belangrijkste onderdeel van het internationale fotofestival BredaPhoto 2020. Het eerste wat bij binnenkomst opvalt, is hoe goed het interieur van het prachtige vijftiende-eeuwse godshuis zich leent voor het tentoonstellen van hedendaagse fotografie en videokunst uit een totaal andere leefwereld en tijd. Zelfs foto’s waarin naaktheid, erotiek en seksualiteit een rol spelen, detoneren niet. Al zal niet iedereen daar zo over denken.

Beeld uit ‘Bliss of Conformity’ (2018) van Guo Yingguang. De multimedia serie is gebaseerd op ervaringen op de huwelijksmarkt op het Volksplein in Shanghai.

China Imagined werd samengesteld door de Chinese schrijver en curator He Yining (1987) en de Nederlandse, in Beijing gevestigde curator en fotograaf Ruben Lundgren (1983). Zij kozen vierentwintig projecten van Chinese en andere buitenlandse fotografen en kunstenaars om ‘de ambivalentie, complexiteit en diversiteit van de Chinese samenleving te laten zien’.

Aantrekkelijk

De diversiteit van de projecten is even groot als fascinerend. En de genres lopen uiteen van straatfotografie tot hoogst persoonlijke experimentele fotografie, al dan niet in combinatie met video en andere media. Het gaat om werk van fotografen van wie de meesten hier nauwelijks of niet bekend zijn en dat maakt het natuurlijk extra aantrekkelijk. De internationaal befaamde Ren Hang (1987-2017), bekend door zijn vaak provocerende naaktportretten van vrienden en fans, hoort tot de uitzonderingen.

Een deel van de serie ‘Little North Road’ van Wu Yongfu, Zeng Xianfang en Daniel Traub in de Grote Kerk. Foto > Ron Magielse

Diverse projecten springen er wat mij betreft echt uit, vaak van vrouwelijke fotografen en kunstenaars. Zo zijn daar de sensuele Girls van Luo Yang (1984) die je als het ware al bij het betreden van het kerkgebouw verwelkomen. Of – totaal anders van sfeer – de serie Beast by the waterfall van Zhang Wenxin (1989), door de curatoren omschreven als ‘een fotografische fictie en tegelijk een reconstructie van de jeugdherinneringen van de fotografe’. Raadselachtig en mysterieus vond ik ook haar Memory Caustics waarin zij droomachtige beelden opvoert, daarbij gebruik makend van foto’s met een 3D weergave.

Uit het al meer dan tien jaar lopende fotoproject ‘Experimental Relationship’ van Pixy Liao.

Boeiend is ook Experimental Relationship van Pixy Liao (1979). Het betreft een al meer dan tien jaar durend fotoproject waarin de fotografe en haar vriend de hoofdrol spelen. ‘Ik zette allerlei situaties op waarin Moro en ik op speelse wijze samen op de foto gingen’, schrijft ze erbij. ‘In mijn werk probeer ik zo de alternatieve mogelijkheden van een heteroseksuele relatie te onderzoeken.’ Haar foto’s houden het midden tussen een dagboek en theater.

Keizer

Het sterkst trof mij The Alien Street, een project van Hua Weicheng (1974). We maken hier kennis met Meixin Foreigner Street, een kennelijk nogal bizar en inmiddels verdwenen pretpark in de Chinese miljoenenstad Chongqing. En dan met name – via een video – met de daar woonachtige dakloze Sun Zhiguo alias ‘de keizer van Alien Street’.

Een foto uit de installatie ‘The Alien Street’ van Hua Weicheng.

Die video en alle beeldmateriaal daaromheen – bijeengebracht in een aparte, maar half doorzichtige ruimte – werken zo sterk dat je het gevoel krijgt dat Mr. Sun zelf in de Grote Kerk onderdak heeft gevonden. Zo verbazingwekkend aanwezig lijkt hij. Als een nar-achtig soort tovenaar zit hij te roeren in zijn borrelende hot-pot, vist er af en toe een lekker hapje uit, kijkt nu en dan kinderlijk verbaasd en geamuseerd naar tv-reclame en het nieuws en wekt al lachend de indruk de hele wereld voor gek te verklaren in een onnavolgbare absurde monoloog die mij aan Beckett deed denken. Op het einde lijkt hij een mysterieuze geest op te roepen in de vorm van een drone die even rondzweeft en dan verdwijnt in de nacht, spoedig gevolgd door Mr. Sun zelf, uitgeluid met melancholisch klinkende muziek.

‘Positive body activist’ Lotte van Eijk zoals zij zich graag verbeeld ziet. Foto > Ron Magielse.

We mogen Hua Weicheng dankbaar zijn dat hij deze paradijsvogel heeft weten te vangen voordat hij samen met het pretpark voorgoed weggevlogen was. Alleen al om hem moeten mensen de tentoonstelling in de Grote Kerk bezoeken.

Evenwicht

Van geheel andere orde is de tentoonstelling Power to the Models in het Stedelijk Museum Breda, samengesteld door de Nederlandse fotograaf Jan Hoek (1984). Onder hetzelfde motto selecteerde de gastcurator elf personen die zelf mochten bepalen hoe en door wie zij in beeld gebracht zouden worden, met welke aankleding, op welke locatie enzovoorts. Want, zo stelt de curator, er is iets grondig mis in de verhouding tussen fotograaf en model. Te zeer bepalen fotografen volgens hem hoe de mensen die zij fotograferen op de foto komen, al of niet rolbevestigend dan wel regelrecht stigmatiserend. “Ik zeg niet dat de fotograaf nul macht moet hebben, maar vind wel dat de balans zoek is”, zo lichtte Hoek toe tijdens de preview voor de pers. “Deze tentoonstelling is een poging meer evenwicht te brengen tussen fotograaf en model.”

De ‘genderhybride make-up artist’ Hatti Rees fotografeerde zichzelf in diverse uitmonsteringen.

Het resultaat is een wonderlijke, kermisachtige tentoonstelling bestaande uit elf mini-exposities die allemaal om aandacht leken te schreeuwen. Maar dat laatste komt misschien vooral doordat – heel ongewoon – diverse modellen óók van de partij waren tijdens de perspreview.

De verscheidenheid is buitengewoon groot. Een paar voorbeelden. Ismail Ilgun – ooit bekend als ‘treitervlogger’’ en nu YouTuber – combineert de foto’s waar hij op staat met zijn eigenhandig op de museumwand geschreven positieve levensverhaal. Politica Sylvana Simons beperkt zich zelfs uitsluitend tot een uitgebreide tekst. ‘Selfmade dik fotomodel’ ofwel ‘positive body activist’ Lotte van Eijk laat zich verbeelden in een soort droompaleis. De ‘genderhybride make-up artist’ Hatti Rees ontmoeten we in haar zelfgeschapen, anarchistisch ogende wereld. En veehouder Dick de Koning koos voor een meer conventionele reportage over zijn werk en leven.

YouTuber Ismail Ilgun. Foto Ikennavisuals.

Adoptie

Voor een oase van rust en schoonheid zorgt gelukkig aan het einde van de tentoonstelling Jyoti Weststrate. Zij weet het verhaal van haar adoptie en nog altijd durende zoektocht naar haar Indiase ouders met betrekkelijk eenvoudige middelen te verbeelden.. Onder meer met fotootjes van de pater die een rol speelde bij de adoptie, een prachtige opgezette pauw die symbool staat voor India en een fraai staatsieportret van Weststrate zelf, gemaakt door Dagmar van Weeghel.

Museumdirecteur Dingeman Kuilman zei te hopen dat deze tentoonstelling ‘nieuw publiek’ zal trekken. Dat zal zeker alleen al het geval zijn dankzij de aanhang van al deze modellen uit zo uiteenlopende leefwerelden.

Uit de serie ‘Three Colours I Know in This World’ van Kincsö Bede.

Verzuipen

Net zoals de Grote Kerk haar première maakt in het programma van BredaPhoto, wordt ook het voormalige KPN-gebouw aan de Oude Vest voor de eerste keer als locatie gebruikt. En wel voor de tentoonstelling die dezelfde titel draagt als het festivalthema: the best of times, the worst of times. Liefst negentien fotografen en videokunstenaars doen er aan mee. Maar het gebouw is ook heel groot, zo groot zelfs dat diverse exposities een beetje verzuipen in de ruimte.

Tot de meest interessante exposanten horen Kincsö Bede (Roemenië 1995) en Luis Cobelo (Venezuela 1970). De eerste vond haar inspiratie in het communistische verleden van haar ouders, de tweede in Honderd jaar eenzaamheid, de grote Latijns-Amerikaanse roman van Gabriel Garcia Márquez. Bede vertelt haar verhaal met intrigerende zwart-wit foto’s van vervreemdende taferelen waarin zij zelf meestal de hoofdrol speelt. In de zaaltekst is sprake van ‘visioenen en trauma’s die van haar ouders zijn geërfd’. De kleurenfoto’s van mensen, dieren en situaties van Cobelo zijn conventioneler, maar hebben iets heel puurs. Ze doen af en toe denken aan het werk van de Braziliaanse fotograaf Miguel Rio Branco.

Paradijs

Bijzonder zijn ook de video-installatie Conversation Peace van Zadok Ben-David (Jemen 1949) en de serie zwart-wit foto’s waarin Seppe Vancraywinkel (België 1998) zichzelf en zijn vrienden portretteert, genietend van de vrijheid in de natuur, speelse avonturen belevend in een eigen paradijs, tijdloos als in een droom.

Een beeld uit ‘The Enigma Room’ van Ed Kashi.

Maar het meest nog was ik onder de indruk van The Enigma Room van Ed Kashi (VS 1957). Op een gigantisch drieluik projecteert de Amerikaanse fotojournalist een fantastische collage van foto’s en filmbeelden die hij de afgelopen veertig jaar maakte in de hele wereld. Mede dankzij een prachtige mix van geluiden smeedde hij zo een beeldverhaal waarin mens en natuur centraal staan. Een schitterend gecomponeerd beeldverhaal dat onder meer gaat over onrechtvaardigheid en kwetsbaarheid, familiebanden, oorlog en vrede, water en vuur, maar ook een verhaal waarin Kashi experimenteert met vormen en kleuren.

In de zaaltekst wordt het werk samengevat als ‘een bijzondere multimediapresentatie met behulp van coderingssoftware’. Het is verbluffend om te zien wat je anno 2020 met digitale technieken kunt creëren zonder te verzanden in technische hoogstandjes – als je maar het talent en de ogen hebt van een meester als Kashi.

Laboratorium

Corona of niet, ook deze negende editie van BredaPhoto is te omvangrijk om in één dag gezien te hebben. Want het aanbod blijft niet beperkt tot de drie hierboven genoemde hoofdtentoonstellingen. In Club Solo is een heel bijzondere expositie te zien van beeldend kunstenaar Marjolijn Dijkman (1978). Met foto’s, video-installaties en bijzondere objecten roept zij een geheimzinnige sfeer op die soms aan een oud laboratorium doet denken. Blijkens een begeleidende tekst probeert Dijkman antwoorden te vinden op ‘de vraag hoe wij ons als menselijke soort verhouden tot de wereld en het universum om ons heen’.

In het Chassé Park op de XXL Parade zijn weer metershoge foto’s te zien. Op de voorgrond één van de fotocollages van Raquel van Haver. Foto Joep Eijkens.

In het Chassé Park op de XXL Parade zijn weer metershoge foto’s te zien. Ditmaal onder meer foto’s die Klaus Thymann (Denemarken 1974) en Simon Norfolk (Nigeria 1963) maakten van smeltende gletsjers en rijk gedetailleerde fotocollages van Raquel van Haver (Colombia 1989) die deel uitmaken van een groter project waarin zij een ode brengt aan sterke vrouwen in haar geboorteland.

Verwijderd

En dan was er nog de spectaculaire installatie Destroy my Face van Erik Kessels (1966) op de zevende locatie aan de rand van Breda, Skatepark Pier15 in Belcrum. ‘Was’, want het kunstwerk is een week na de opening verwijderd en dat vraagt om enige uitleg. Voor Destroy my Face plukte Kessels zo’n achthonderd gezichten van internet, gezichten van mensen die cosmetische chirurgie ondergingen om bijvoorbeeld vollere lippen of een korter neusje te krijgen. Voornamelijk vrouwen, gezichten van mannen kon hij nauwelijks vinden. Uit dit bronmateriaal stelde hij zestig gezichten samen van niet-bestaande, min of meer vrouwelijke personen. En met hun gigantisch opgeblazen ‘portretfoto’s’ vulde hij een grid waarmee hij de complete skatevloer van Pier15 liet bekleden.

Jonge skaters in actie op de installatie ‘Destroy my Face’ van Erik Kessels. Foto Joep Eijkens.

Al snel nadat de skaters de hal in gebruik genomen hadden, kwamen de gezichten onder de krassen te zitten. Het begin van de definitieve slijtage zoals die uiteraard ook was de bedoeld door Kessels, die met zijn installatie zowel de cosmetische chirurgie als het hedendaags streven naar lichamelijke perfectie – vaak onder druk van sociale media – ter discussie wilde stellen. De leiding van het skatepark kreeg echter zowel op sociale media als van hun sponsors zoveel negatieve reacties dat ze besloot de hele installatie direct te laten verwijderen. Het kunstwerk zou gewelddadig en vrouwonvriendelijk zijn, zo menen de klagers.

BredaPhoto betreurt het besluit van Skatepark Pier 15, maar heeft er begrip voor. Directeur Fleur van Muiswinkel liet in een persbericht weten dat de installatie juist bedoeld was om met elkaar in gesprek te gaan en voegde eraan toe: ‘Het polariseren van het debat en de cancel-culture die overwint is niet waar BredaPhoto voor staat’. Zij betreurde het ook dat de anonieme actiegroep ‘We are not a playground’ die met een online petitie een belangrijke rol speelde in het protest, niet bereid bleek tot een gesprek en uitdrukkelijk anoniem wil blijven.

Zelfacceptatie

Kessels zelf zegt desgevraagd teleurgesteld te zijn in de gang van zaken: “Het is teleurstellend om te zien dat het niet meer om de inhoud gaat, dat er geen tijd wordt genomen om inhoudelijk te reageren op zo’n project.” De kritiek dat het project vrouwonvriendelijk zou zijn, wuift hij weg. “Geen haar op mijn hoofd die eraan denkt vrouwen te krenken. Het gaat om vergankelijkheid en zelfacceptatie en de vraag: Hoe gelukkig zijn we met onszelf?” Overigens krijgt hij inmiddels al steun via een petitie van ‘kunstliefhebbers en bezoekers van BredaPhoto’ onder het motto: Kunst mag knagen – geef Destroy my Face een nieuwe plek.

BredaPhoto 2020 is te zien tot en met 25 oktober. ‘Power to the Models’ loopt langer, tot en met 29 november. De exposities in het Chassé Park, op de XXL Promenade en bij Club Solo zijn gratis te bezoeken. Voor de tentoonstellingen in het Stedelijk Museum Breda, de Grote Kerk en in het voormalig KPN Gebouw hebben bezoekers een ticket nodig, te koop via www.bredaphoto.nl.

© Brabant Cultureel 2020

www.bredaphoto.nl

Lees ook op Brabant Cultureel:
BredaPhoto moet niet toegeven aan eis van politieke correctheid

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *