Heksenjacht in Peelland: proceszakjes en waterproeven in kasteel van Helmond

Het geloof in toverij en bovennatuurlijke krachten is van alle tijden. Minder bekend is dat hierdoor in Brabant tijdens de zestiende en zeventiende eeuw veel vrouwen zijn vervolgd en terechtgesteld. In het kwartier Peelland waren het er in 1595 al 25. Over heel Europa zijn dat er zo’n 50.000. De expositie ‘Heksenjacht in Peelland’ in Museum Helmond vertelt dit trieste verhaal. Een toneelstuk over dit onderwerp is in de maak.

door Anja van den Akker

Vliegende heksen die hun ziel hebben verkocht aan de duivel en hem verheerlijken op nachtelijke feestjes. Dit spookbeeld, dat in 1487 al werd beschreven in het boek ‘Malleus Maleficarum’ (de ‘Heksenhamer’) van de Dominicaner inquisiteur Heinrich Kramer, vormde de basis van een meedogenloze heksenvervolging, zo leren we op de expositie Heksenjacht in Peelland in het middeleeuwse kasteel van Helmond. Dit boek werd als handleiding gebruikt voor de opsporing en het berechten van vermeende heksen. Daarbij liet Brabant zich niet bepaald onbetuigd.

Wie de waterproef niet had doorstaan, werd aan de zogeheten ‘palei’ gehangen om een bekentenis af te dwingen. Foto Isabelle Woudsma

Ontwrichting
Deze heksenjacht had veel weg van de vervolging van ketters, maar wonderwel was het niet de kerk die zich er schuldig aan maakte. Hoewel hier toch wel sprake leek van ‘ontwrichting van christelijke waarden en normen’.

In Peelland waren het vooral lokale bestuurders die onderlinge kinnesinne op deze manier wilden beslechten. Mensen, vooral vrouwen, werden levend verbrand. Zij ondergingen waterproeven en martelingen. Bij de waterproef werd de verdachte vastgebonden te water gelaten. Wie zonk, was onschuldig en werd snel weer op het droge gehesen. Wie bleef drijven, werd als schuldig beschouwd. Om tot een veroordeling te komen, hoefde de arme ziel alleen nog maar aan een zogeheten ‘palei’ te worden opgehangen en dusdanig gemarteld dat er een bekentenis volgde.

Origineel document waaruit blijkt hoe het landsbestuur in Brussel en plaatselijke geestelijken met de vermeende heksen omgingen. Foto Isabelle Woudsma

Dan was het tijd voor de brandstapel. Als je geluk had, werd je vooraf nog gewurgd. Je kon vragen om zo’n snelle dood, maar je had geluk als dit verzoek werd gehonoreerd. Bij de watermolen op Stipdonk in Lierop was het vaak een drukte van jewelste als er weer eens zo’n vonnis werd voltrokken.

Gortig
De heksenvervolging in de regio begon in Cranendonck en verspreidde zich via Leende, Heeze, Geldrop en Mierlo via Lierop naar Asten en Someren. Niet alleen kwetsbare zielen uit de lagere milieus waren vaak verdacht, ook vrouwen uit de hogere Helmondse kringen. Maar dat laatste werd het landsbestuur in Brussel toch wat te gortig. Dat stak daar in 1595 een stokje voor en voorkwam de brandstapel voor deze dames van stand. 

Plaatselijke pastoors hadden vaak te doen met de verdachte vrouwen. Zo zien we op de expositie in een vitrine de brief van een pastoor uit Geldrop. Hij had in de toren van het kasteel twee gevangen vrouwen bezocht en vertelt over hun martelingen. Ook de pastoor van Asten klom in de pen. Hij schreef over de ontzetting bij de kist van een gemartelde vrouwelijke parochiaan. Er zijn ook brieven van de ‘heksen’ zelf waarin zij hun onschuld proberen te bewijzen.

De sfeervolle expositie ‘Heksenjacht in Peelland in het Helmondse Kasteel met rechts de ‘proceszakjes’. Foto Isabelle Woudsma

Zij hadden de tijd echter niet mee. Er waren oorlogen, vernielde oogsten, honger, epidemieën en godsdiensttwisten. Mensen zoeken in dergelijke omstandigheden altijd naar een zondebok waar de schuld op kan worden geschoven. De ene keer moslims, dan weer joden of in dit geval dus weerloze, soms wat excentrieke vrouwen en een enkele man. Tussen 1580 en 1630 bereikte de heksenvervolging in Europa haar hoogtepunt.

Documenten
De Helmondse expositie beperkt zich tot Brabant. Aan de hand van authentieke documenten krijgt de bezoeker inzicht in dit verhaal. Veel tekst, maar de tentoonstelling staat wel in de prachtige entourage van het Helmondse kasteel. Dat alleen al levert een sfeervol beeld op, versterkt door ‘vuur’, takkenbossen, martelwerktuigen en proceszakjes. Dat zijn jute zakjes waarin men in de late middeleeuwen de processtukken deed. Op het zakje prijkte de naam van de verdachte. Het enige originele bewaarde exemplaar uit de Peellandse procesreeks is hier te zien. Het hoort bij een Eindhovense vrouw die overigens haar vervolging overleefde: Heylwich Reijnders.

Een reproductie van het proceszakje in de rechtszaak tegen Heylken Brycken, het twaalfjarig meisje dat in Cranendonck op de brandstapel werd vermoord. Foto Isabelle Woudsma

Leuk weetje: zo’n zakje hing tijdens een strafproces aan een haakje. Vandaar de term een zaak aanhangig maken. We leren op de tentoonstelling ook de naam van Heylken Brycken kennen, die slechts twaalf jaar oud was toen zij in 1595 als heks werd verbrand. Samen met haar moeder en een dorpsgenote uit Cranendonck. Kennelijk zat de angst voor duivelse krachten vroeger zo diep dat men allerlei ’afweersystemen’ in huis aanbracht. Briefjes met een bezweringstekst tussen de spouw, een paardenschedel op het dak of restanten van een kat in de muur gemetseld. Zo werd bij herstelwerkzaamheden in het Helmondse kasteel een kattenmummie gevonden, te zien in de kelder.

Origineel document waaruit blijkt hoe het landsbestuur in Brussel en plaatselijke geestelijken met de vermeende heksen omgingen. Foto Isabelle Woudsma

De expositie Heksenjacht in Peelland is mede gebaseerd op het boek Duivelskwartier dat journalist Johan Otten schreef over hekserij in deze contreien. Het betreft hier een kleine tentoonstelling. Om alleen daarvoor naar Helmond af te reizen is wellicht wat te veel eer. Maar zowel in het Kasteel als in de nabijgelegen Kunsthal valt genoeg ander moois te zien. De Deurnese auteur Erik Vink werkt momenteel aan een toneelstuk over dit onderwerp.


Heksenjacht in Peelland,
t/m 3 november 2019 in Museum Helmond (locatie Kasteel).

www.museumhelmond.nl


© Brabant Cultureel 2019

Reacties (1)

  1. Maxime-art schreef:

    Het was een prachtige tentoonstelling om te mogen ontwerpen voor Museum Helmond. Het zou wel chique zijn geweest om dat te vernoemen. Zowel de kleurstelling, muurschilderingen, vormgeving en decorstukken zijn door Maxime-art ontworpen

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *