In een statig huis in het buitengebied van Sprang-Capelle wonen beeldend kunstenaars Ema Vaneková en Thijs Segers. Het dagelijks leven, het huis en de omgeving zijn bronnen van inspiratie. Op zolder is een atelier ingericht. Daar werkte Segers, en Vaneková had haar atelier in Tilburg. Nu is de situatie omgekeerd.
Atelierbezoek door Irma van Bommel • foto’s > Joep Eijkens
Ema Vaneková (1999) en Thijs Segers (1996) wonen antikraak, dus tijdelijk. De koeienstallen achter het huis staan leeg en de grond van het voormalige boerenbedrijf wordt op termijn teruggegeven aan de natuur. Kenmerkend voor het gebied is het zogenaamde ‘slagenlandschap’, een overblijfsel van verkaveling in smalle stroken. Hier en daar zie je lange, smalle rijen riet. En in dat riet huizen vogels. Vaneková en Segers hebben al een ijsvogel gespot en een roerdomp gehoord. Vlakbij huis nestelt een steenuil.
Vier maanden geleden geruild
Ze wonen er nu een jaar en hebben alle seizoenen meegemaakt. Het pand bestaat eigenlijk uit twee huizen, het statige huis aan de straatkant, wat ’s winters niet warm is te stoken, en het nieuwe achterhuis waar het ’s winters in de ruime keuken met vloerverwarming aangenaam vertoeven is. Op zolder, in het oude deel van het huis, bevindt zich het atelier. Aanvankelijk werkte Segers hier en Vanekova in haar atelier in Tilburg. Zo’n vier maanden geleden hebben ze geruild. Het huis en de natuur zijn weliswaar inspiratiebronnen voor Segers, maar voor het verbeelden heeft hij juist afstand nodig. Door te kiezen voor een andere werkplek kan hij ook makkelijker de dagelijkse beslommeringen van een huishouden loslaten. Thuis is hij snel afgeleid. “Schilderen speelt zich af in je geestelijk leven”, legt Ema uit. Zij werkt net zo lief thuis.

De twee ontmoetten elkaar enkele jaren geleden tijdens een Artist in Residence (AiR) van Segers in het Van GoghHuis in Zundert. Vaneková bewonderde zijn schilderstijl en zocht hem op. Ze kende de locatie, want ze had er zelf in 2021 een AiR gedaan. Toevallig raakten beiden betrokken bij het talentontwikkelprogramma jump! van de provincie Noord-Brabant. Ook deden ze allebei mee aan ‘Grenswerk’, een werkperiode in Tripkau in Duitsland waarvan de resultaten in februari 2024 te zien waren in de Kruisruimte in Eindhoven.
Beste opleiding moderne schilderkunst
In het huis hangen werken van henzelf en van kunstenaars die zij bewonderen, onder anderen Leon Adriaans. Van Segers is onder meer een groot schilderij te zien van een hazelaar dat hij inzond voor de Koninklijke Prijs voor de Vrije Schilderkunst. Zijn werk werd genomineerd, voor de derde keer, en was te zien op de tentoonstelling in het Paleis op de Dam in Amsterdam.

Ema Vaneková is geboren in Slowakije, verhuisde als baby van drie maanden met haar ouders en broers naar Nederland en groeide op in Rijen. Zij volgde haar opleiding aan de Academie voor Kunst en Vormgeving St. Joost in ’s-Hertogenbosch, waar zij koos voor de richting autonome beeldende kunst. Thijs Segers, opgegroeid in Lieshout, was zijn opleiding een paar jaar eerder begonnen aan St. Joost in Den Bosch, maar het onderwijs in schilderkunst viel hem tegen. Hij stapte over op de AKI (Academie voor Kunst en Industrie) in Enschede, volgens hem “de beste opleiding voor moderne schilderkunst”.
Vaneková houdt zich bezig met het thema ‘de cyclus van het leven’, meer specifiek de verschillende levensfasen van een vrouw. Zij verwondert zich erover dat meisjes zich als vanzelf ontwikkelen tot geliefde, vrouw, moeder en oma. Telkens wordt een nieuwe rol instinctief aangenomen. Dat gaat van moeder op dochter. Maar ze beseft ook dat haar oma jaren geleden ook een jong meisje moet zijn geweest.
De toestand lijkt op dood zijn
In haar atelier toont zij haar recente werk. Ze werkt steeds in series. Vorig jaar maakte ze een serie bruiden. Nu werkt ze aan een serie liefdesschilderijen. Zo verbeeldde zij zichzelf en Segers tijdens een vakantie vanaf de rand van een boot het donkere water in kijkend. Het gekozen perspectief, van bovenaf, is verrassend en werkt vervreemdend en dat geldt voor meer werken. Als we niet direct zien waar we nu eigenlijk naar kijken, doet ze de houding na. Zo maakte ze een werk met op de onderrand van het beeldvlak de suggestie van een hoofd (haar hoofd) met het lange bruine haar golvend naar links en rechts uitgespreid. Daarboven, dus eigenlijk naar achteren, werkte ze een jurk en schoenen uit. “Maar die golfbeweging is ook gewoon een eenvoudige schilderbeweging die haast als vanzelf ontstaat. De beste werken zijn die die niet van te voren zijn bedacht.” Ze ontstaan dus deels door ‘automatisme’.



Ema Vaneková schildert in olieverf en werkt graag op een doek aan een muur, om afstand te kunnen nemen. Maar bij dunne verf werkt ze op de grond. De laatste tijd kiest ze vaak liggende figuren als onderwerp. Dat kunnen ook slapende of dode figuren zijn. Die hebben iets tijdloos. “Als je slaapt ben je van de wereld, die toestand lijkt op dood zijn.” Aan de muur heeft ze drie torso’s onder elkaar gehangen, subtiel aangeduid met tepels en navel. Met een strik erom, als een cadeau. Inspiratie haalt ze uit de kunstgeschiedenis via kaarten en boeken.

Geen druk om te presteren
Ze verkoopt regelmatig werk, maar door een startstipendium van het Mondriaanfonds is er nu geen druk om te presteren. “Dat geeft mij meer speelruimte.” Ook Segers ontving recent een startstipendium. Na zijn afstuderen aan de ArtEz won hij in 2020 de HeArtfundprijs. Beide fondsen gaven ook hem de mogelijkheid te experimenteren.



Na zijn studie in Enschede had hij enige tijd gewerkt in het voormalige atelier van beeldend kunstenaar Bert de Wilde (1947-2021) en nu dus in Tilburg. Segers heeft zijn werkruimte bovenin het ateliercomplex Carré, met uitzicht op het stadscentrum. Boven de deur hangt een plank met het opschrift ‘vallende water’, een verwijzing naar het gelijknamige atelier van de bekende zeventiende-eeuwse Nederlandse schilder en graficus Hercules Segers, met dezelfde achternaam. Zou zo maar eens familie kunnen zijn.
Voorkeur voor een melancholische sfeer
Segers werkt figuratief, net als Vaneková. Dat wil zeggen, de werkelijkheid is het uitgangspunt maar vaak is wat zij schilderen eerder een droombeeld dan een werkelijke situatie. Hoewel hun stijlen verschillen, hebben beiden een voorkeur voor een melancholische sfeer, bij Vaneková met betrekking tot mensen en stemmingen, bij Segers in relatie tot bouwwerken en de natuur. Vaak is vergankelijkheid zijn thema. Recent kiest Segers ruimtes als onderwerp. Daarvoor dienen de verschillende ruimtes in hun huis als inspiratie, maar hij haalt ook inspiratie uit de kunstgeschiedenis, via boeken en uit films. Naast ruimtes schildert hij dieren, bomen, planten en landschappen. Zijn atelier staat vol met vooral kleiner werk dat binnenkort te zien zal zijn bij Galerie Fontana in Amsterdam en daarom niet geheel in beeld mag. Er moet iets te raden blijven.



Bijzonder is dat hij werkt in ei-tempera. Naar gelang het formaat werkt hij aan tafel, op de grond of aan de wand. Hoewel hij voornamelijk schilderijen maakt voor aan de wand, maakt hij ook weleens uitstapjes naar andere presentatievormen zoals een kamerscherm. Voor het Van GoghHuis in Zundert maakte hij een metershoge zonnebloem voor de tuin en een muurschildering van een zonnebloem op de gevel van een pand in Zundert. Nu heeft hij plannen om een installatie op palen te maken, een soort huisje. Naast de schilderijen maakt hij ook tekeningen in inkt en aquarel en litho’s. Zo maakte hij de tekening ‘Doj Vuggelke’ naar aanleiding van een moppenboek. Het illustreren van een boek staat op zijn verlanglijstje.
Vanaf 22 mei 2025 is werk van Thijs Segers te zien Galerie Fontana in Amsterdam.
Van 15 juni t/m 3 augustus 2025 is het werk van Ema Vaneková en Thijs Segers te zien samen met dat van Aagje Linssen, Jeroen Vrijsen, Aaron van Erp, Sam Hersbach, Anouk van Zwieten, Ide André, Kimball Holth, Saskia de Marée en Esther Tielemans in De Cacaofabriek in Helmond (curator Manus Groenen).
Lees ook op Brabant Cultureel:
Het succes van Grenswerk is nu te zien in Eindhoven
Brabant in het teken van Van Goghs zonnebloemen
Meer > Atelierbezoek
© Brabant Cultureel 2025